Red de Bugatti Blue Factory: een wanhopige smeekbede om hulp nadat er een ravefeest werd gehouden in de verlaten faciliteit

Ooit een van de modernste tempels van de Europese auto-industrie, staat het nu te verkommeren. In Campogalliano, een paar kilometer van Modena, beleeft de zogenaamde Fabbrica Blu – Bugatti's legendarische Blauwe Fabriek – zijn donkerste uren na een illegale rave die honderden mensen trok op 31 oktober. Het nieuws heeft de alarmbellen doen rinkelen in de Italiaanse Motor Valley, waar duizenden inwoners onmiddellijk ingrijpen van de autoriteiten eisen.

De Bugatti Automobili Campogalliano Historical and Cultural Association (APS) voert een campagne op Change.org om de Italiaanse autoriteiten – van het Ministerie van Cultuur tot de gemeenteraad van Campogalliano – te dwingen onmiddellijk een onderzoek in te stellen naar het illegale ravefeest dat plaatsvond in de faciliteit, waar zo'n 500 mensen aanwezig waren, en om dringend maatregelen te nemen om verdere gevallen van vandalisme op het terrein te voorkomen.

Volgens berichten in de lokale media heeft de politie ongeveer 300 mensen geïdentificeerd en één arrestatie verricht nadat de politie in de vroege ochtend was tussenbeide gekomen om de locatie te ontruimen en de veiligheid na het evenement te waarborgen.

De Blauwe Fabriek, gebouwd in 1990, werd opgevat als een symbool van het nieuwe Bugatti -tijdperk. Architect Giampaolo Benedini ontwierp een complex dat even avant-gardistisch als elegant was, omgeven door licht en tuinen, waar de legendarische EB110 en EB112 werden gebouwd. Dit waren de jaren van een renaissance, belichaamd door V12-motoren, vierwielaandrijving, monocoques van koolstofvezel en de ambitie om Italië weer toonaangevend te maken op het gebied van wereldwijde engineering.

De droom was echter van korte duur. Het faillissement van Bugatti in 1995 doofde de lichten van het complex, dat hetzelfde lot zou hebben ondergaan als zoveel andere verlaten fabrieken als de familie Pavesi er niet was geweest. Bijna dertig jaar lang fungeerden Ezio Pavesi en zijn familieleden als vrijwillige beheerders van het terrein. Ze maaiden het gras, repareerden ramen, hielden 's nachts de wacht en organiseerden rondleidingen voor liefhebbers van over de hele wereld. Dankzij hen bleef de Blauwe Fabriek bijna dertig jaar intact.

Deze periode van evenwicht werd in 2022 verstoord toen de voogdij van de familie Pavesi eindigde en het gebouw leeg kwam te staan. Beloftes voor restauratie werden nooit nagekomen en sindsdien is de schade alleen maar toegenomen. Diefstal, vandalisme, kapotte ramen en graffiti hebben een plek verwoest die tot voor kort een bron van nationale trots was. Wat er op 31 oktober gebeurde, met een enorme, ongecontroleerde rave, was de druppel die de emmer deed overlopen.

"De Blauwe Fabriek is niet alleen van de eigenaren van de muren; het maakt deel uit van het collectieve geheugen van Motor Valley", aldus de organisatoren van de campagne, wier petitie in slechts enkele dagen tijd al duizenden handtekeningen heeft verzameld. Onder de ondertekenaars bevinden zich architecten, autohistorici en merkliefhebbers van over de hele wereld.

Romano Artioli, voormalig president van Bugatti Automobili en de drijvende kracht achter het project, uitte eveneens zijn verontwaardiging. "De Blauwe Fabriek is niet zomaar een industrieel gebouw. ​​Het is het hart, de ziel en de opoffering van honderden mensen die met passie, genialiteit en toewijding Bugatti in Italië weer tot leven hebben gewekt. Het ontheiligd en verlaten zien worden is een wond die mijn hart breekt", schreef hij op sociale media.

Vergelijkingen met andere industriële rampen, zoals de leegstand van de voormalige De Tomaso-fabriek in Modena, zijn onvermijdelijk. Maar de vereniging gelooft nog steeds in een andere toekomst en dat de Blauwe Fabriek een wedergeboorte zal kennen als museum, culturele ruimte of technisch centrum gewijd aan de geschiedenis van de Italiaanse auto. "De hoop blijft levend", benadrukken haar aanhangers, maar ze voegen eraan toe: "Als we nu niet in actie komen, zullen we die voorgoed verliezen."