Zorgen bij Iveco Spanje en Italië over de verkoop aan Tata Motors

Op 30 juli werd de verkoop aangekondigd van fabrikant Iveco, met fabrieken in Madrid en Valladolid. De divisie bedrijfsvoertuigen en industriële voertuigen wordt voor ongeveer 3,8 miljard euro overgedragen aan het Indiase Tata Motors. De defensiedivisie, waaronder de merken IDV en Astra, wordt voor 1,7 miljard euro overgenomen door het Italiaanse Leonardo.
De transactie kwam niet als een verrassing. Dit kwam doordat Exor NV – de holding van de familie Agnelli – in 2021 al had geprobeerd Iveco te verkopen aan het Chinese FAW Jiefang, toen het onderdeel was van CNH, een bedrijf dat landbouw- en bouwmachines produceerde. De Italiaanse overheid zag af van de transactie, omdat deze strategisch werd geacht gezien de dochteronderneming voor militaire voertuigen. In december van datzelfde jaar werd Iveco afgesplitst van CNH en zelfstandig genoteerd aan de beurs van Milaan.
eerste kwartaal van 2026In 2024 verkocht de Italiaanse fabrikant zijn Magirus-brandweerdivisie al aan de Duitse investeringsmaatschappij Mutares SE & Co. Afgelopen februari begon het bedrijf met de voorbereidingen voor de afsplitsing van zijn divisie militaire voertuigen, maar de verkoopovereenkomst werd al bereikt voordat deze definitief was. De afronding wordt verwacht in het eerste kwartaal van 2026, via een overnamebod als het bedrijf beursgenoteerd is. Tata heeft een bod uitgebracht op 271,2 miljoen aandelen tegen € 14,10 per aandeel.
Wat betreft de Spaanse fabrieken, die in augustus tot vorige week gesloten waren wegens vakantie, uitten vakbondsvertegenwoordigers van Iveco aan EL MUNDO hun bezorgdheid over het lage aantal bestellingen en het gebrek aan componenten voor de productie. In Madrid wordt naar verwachting de komende weken een nieuwe ERTE (tijdelijke arbeidsregeling) goedgekeurd, terwijl Valladolid een tijdelijke regeling van 45 dagen zal invoeren tot maart 2026. Een andere zorg is de toekomst van de nieuwe vrachtwagencabine die samen met Ford Truck ontwikkeld zou worden. De overeenkomst, die in maart werd ondertekend, voorziet in een gezamenlijke investering van 343 miljoen euro.
Twee fabrieken en 4.000 banenDe vakbonden hopen hierover meer informatie te krijgen tijdens een buitengewone vergadering van de Europese Ondernemingsraad, die eind september of begin oktober wordt gehouden.
Iveco Spanje heeft ongeveer 4.000 mensen in dienst. Ongeveer 3.000 van hen werken in Madrid, waarvan 2.400 in de vrachtwagenassemblagefabriek. Deze fabriek is de enige Iveco-fabriek in Spanje die zware vrachtwagens produceert. Valladolid heeft 988 mensen in dienst. Ze assembleren versies van de Daily bestelwagen, die ook in Italië wordt geproduceerd, en de cabinestructuur voor vrachtwagens voor Madrid.
Tata Motors heeft zich ertoe verbonden om gedurende twee jaar niet-financiële afspraken na te komen. Gedurende deze periode verwacht het bedrijf geen "personeelsreducties of fabriekssluitingen, en het hoofdkantoor van IVECO blijft in Turijn". Bovendien werd de overeenkomst gepresenteerd als "een combinatie die complementaire capaciteiten, een wereldwijd bereik en een gedeelde strategische visie samenbrengt om groei op de lange termijn te stimuleren en aanzienlijke waarde te creëren."
Tot 22 miljard omzetConcreet wordt geschat dat de bedrijfswagendivisie van Iveco en Tata Motors een gezamenlijke omzet van meer dan 540.000 eenheden per jaar en een omzet van € 22 miljard zal behalen. Deze omzet zal naar verwachting worden verdeeld over Europa (50%), India (35%) en Noord- en Zuid-Amerika (de resterende 15%), "met aantrekkelijke posities in opkomende markten in Azië en Afrika."
In Spanje is er tot nu toe geen reactie gekomen van de regering en de betrokken regionale overheden, maar in Italië wel. Minister van Economische Zaken Adolfo Urso is van plan om over enkele dagen vakbonden, regionale leiders van fabrieken, Leonardo en Tata te ontmoeten om hun plannen te bespreken.
elmundo